Dag 35 2016

12 mei 2016 - Vieste, Italië


Schiereiland GARGANO

Vandaag zijn de voorspellingen niet zo best. Zwaarbewolkt en 50% kans op een bui. Geen stranddag dus. Het is schandalig maar we balen er toch een beetje van. We zijn hier juist aan zee! We weten ook dat het morgen al weer heel goed gaat worden, dus moeten we deze dag toch maar gewoon incasseren. Het plan is ook al gemaakt; We gaan een stuk langs de kustweg naar het plaatsje Peschici. En terug door het binnenland. Peschici  is een heel oud vissersplaatsje met een authentiek haventje, waar de tijd heeft stil gestaan. Meteen kunnen we dan zien wat ons over een paar dagen te wachten staat als we met de caravan de smalle weg langs zee en bergen moeten rijden. Dan zijn we toch wat voorbereid. Maar eerst, voor negen uur, krijgen we bezoek van een Nederlands echtpaar. Ze willen graag meer informatie van ons over Napels, Rome, Calabrië, Puglia. Zij kwamen zelf met een tent en keken hun ogen uit dat hier caravans stonden. Ze vonden de weg hier naar toe(daarover had ik al geschreven) ontzettend smal. Nou dat vonden wij dus ook. 
Om tien uur vertrekken we. Het zonnetje schijnt toch nog flauwtjes. De weg naar Peschici is inderdaad smal. We zullen er overmorgen toch echt met de caravan langsmoeten.
Eenmaal in Peschici raakt Eddy plotseling helemaal over de rooie. Peschici is een soort klein Napels. Weinig ruimte, drukke straten, steil omhoog, steil naar beneden, Eenrichtingverkeer, een doolhof, maar ontzettend Italiaans. Overal aan het einde van de nauwe straatjes ligt in de verte de zee. 
'Hoe kom ik hier nu weer uit,' moppert Eddy. 
Maar de zon schijnt toch nog best lekker, het is midden op de dag, ik zie ergens een leeg plekje. ' Gauw, rij erin,' zeg ik. 
'Daar mag ik niet eens staan.' 'Ach, het is Siësta, die agenten lopen nu heus niet zo hard.' Eddy vindt het maar niks, maar ziet ook echt geen andere oplossing. 
Het werkt mij op de lachspieren. 'Jij vindt het vreselijk hier, onoverzichtelijk, je maakt je druk hoe je hier weer uit moet komen en ik vind dit hier dus zoooo leuk!!!'
'Ik voel me thuis in deze chaotische gezellige vrolijke wereld.' 'Ik vind het niks.'
De mensen zijn vriendelijk, wijzen je de weg, hebben de tijd. Ik vraag naar de oude haven en kom bijna in een viswinkeltje terecht. Miscommunicatie. De jongeren spreken wel iets Engels, maar de rest praat honderd uit in het Italiaans. Ze denken dan dat je hun volledig kunt begrijpen.  Ik teken in de lucht een bootje. Probeer in het Frans pecheurs vis, boot. Nee een haven denken ze niet aan, Deze vrouw wil vis. Ze trekken je bijna aan je arm mee om je de weg te wijzen. Uitbundig, zo uitbundig. 
Die uitbundigheid hoort hier in zo'n echt Italiaans vissersplaatsje.
Omdat ik de slappe lach krijg van Eddy zijn onrust, begint ook hij al snel de grap ervan in te zien. Om beurten heeft een van ons het op z'n heupen. 
Gelukkig heeft er ook altijd een van de twee nergens last van. 
Het zou dus geen goed weer zijn. Het blijft lichtbewolkt met soms zon. Opeens zien we een aantal politieagenten. Nou zal je het hebben. Hebben we straks een dikke bon op de ruiten! Eddy begint steeds harder te lopen. Ik ben het niet gewend dat hij zich zo opwindt, dus ik moet er weer om lachen. ' Sta daar niet zo te hinniken en loop es door,' zegt hij. We vinden de auto terug in het piepkleine verboden straatje en er zit geen bon op de ruiten. Eddy kan nog steeds niet lachen. Eerst moet hij uit dit doolhof zijn en dan pas heeft ie rust. Als we net in de auto stappen knapt opeens met geweld de lucht open. Een enorme grijze massa, geen zicht, politie die de boel in goede banen probeert te leiden, de straten blank. Een reusachtige hoeveelheid water komt uit de lucht. Nu zie ik pas hoeveel autolichtjes er overal branden. Je bent hier n.l. In bergachtig gebied. Waarschijnlijk zijn hier heel veel mensen vandaag naar toe gekomen en door de wolkbreuk, breuken, is er lichte paniek. Zoveel auto's half omhoog, half omlaag. Als een ketting door de bergen. Daarom die politie op straat. 
Er valt nu echt niks meer te lachen, we kunnen geen hand voor ogen zien. ' Rijd ik ook nog verkeerd,' roept Eddy. ' Geeft niks, zo komen we er ook wel, ' antwoord ik geruststellend. Een tocht van een uur, dwars door een berglandschap. We zien hier een prachtig berglandschap. Supermooi. Maar de wegen staan blank. Echt oog hebben we er dus niet voor.
Het gutst van de bergen af. Gaten in het wegdek. Smalle wegen en slecht zicht door de regen. Stapvoets komen we eindelijk in Vieste. Tjongejonge. 
En net zo snel als de regen kwam, zo snel is hij opeens verdwenen. Het zware grijs trekt weg en er komt meer licht in de wolkenmassa en uiteindelijk zien we toch weer een beetje blauw. Alleen de straten staan nog blank. Raar hoor!
De rest van de dag zitten we  in de zon. Weer blauw aan de lucht. Ik ga met mijn stoel naar de zee. Echt strandweer is het nog niet. Toch vind ik het lekker daar in het windje. Zo hebben we vandaag toch nog een stukje van het schiereiland Gargano kunnen zien.

Foto’s